30 oktober 2020
Leestijd: ongeveer twee minuten
Vrijheid van meningsuiting. Ik lees er veel over de laatste tijd. Censuur hier, censuur daar. De een vindt het niet zo'n probleem, de ander schreeuwt moord en brand.
Nog niet eens zo heel lang geleden waren heel veel mensen het nepnieuws zat en vroegen om er wat aan te doen. Zo gezegd zo gedaan. Maar nu pagina's, groepen en berichten zonder uitleg worden verwijderd klagen we over censuur.
Willen we zelf denken, of willen we dat een algoritme dat voor ons doet?
Censuur is best een serieus probleem, maar ik denk dat zelfcensuur ook een heel groot probleem is. Iedereen heeft denk ik wel gedachten of ervaringen waarvan hij of zij het gevoel heeft dat deze beter niet gedeeld kunnen worden. Zeker niet op Facebook.
Ik zal jullie toch een geheimpje vertellen. Weliswaar eentje waarvan ik het gevoel heb dat het niet tot karaktermoord zal leiden. Jawel, ik geef het toe: ik doe ook aan zelfcensuur. Dit is mijn geheimpje: als kind kon ik met het blote oog de maantjes van Jupiter zien. Wetenschappelijk gezien schijnt dat onmogelijk te zijn, dus een dergelijke uitlating is bijzonder gewaagd!
Waarom zou dat gewaagd zijn? Omdat we in een wetenschappelijk paradigma vastzitten waarin orthodoxie hoogtij viert: vroeger werd alle wetenschap beoefend door wat wij nu leken of amateurs noemen. Dat was niet zonder risico, er waren tijden waarin je verketterd werd als je zei dat de Aarde rond is. Daar kijken wij met afgrijzen naar terug, maar deze tijden zijn terug.
Als je tegenwoordig een ontdekking doet, dan moet de uitkomst reproduceerbaar zijn. Ik begrijp waarom dat zo is, maar het is een enorme beperking. Een nog groter probleem is dat het heel moeilijk is om een ontdekking gepubliceerd te krijgen. Andere wetenschappers moeten het goedkeuren. En waarom zou je je goede naam en bijbehorende geldstroom te grabbel gooien voor iets wat niet binnen de orthodoxie valt? Dit maakt wetenschap elitair en de kans dat er echte revoluties plaatsvinden klein. Om iets revolutionairs te ontdekken moet je buiten de orthodoxie werken. Het probleem is natuurlijk dat je dan niet serieus genomen wordt en alles zelf moet zien te financieren.
Het gevaar is dat we in een rationele wereld eindigen. Een wereld waarin geen wonderen meer zijn, waarin het goddelijke is verdwenen. Een wereld waarin we alleen nog maar rationeel durven handelen. Niet per se omdat we rationeel zijn geworden, maar uit angst verketterd te worden.
Ik ben dol op wetenschap en ik ben elke keer weer verbijsterd over wat er ontdekt word (en in beeld gebracht!). Maar ik kijk met een holistische blik naar de wereld. Dat is mijn kleurplaat, mijn basis. Reductionistische wetenschap gebruik ik om het geheel in te kleuren. Zonder de kleurplaat zijn het alleen maar wat kleurtjes op een wit vel zonder de samenhang. Kan mooi zijn, maar gevaarlijk als je daardoor de Aarde als een ingewikkelde machine gaat zien waar we de controle over kunnen krijgen als we er maar genoeg over te weten komen.
Laten we wetenschap weer zijn oorspronkelijke glans geven. Laten we ruimte geven aan het niet-weten! Ruimte voor verwondering, schoonheid en liefde. Want ook wat niet in cijfertjes uit te drukken is, zou onder wetenschap moeten vallen. Alleen zouden we het dan misschien niet-wetenschap moeten noemen.